Het aandeel elektrische wagens is aan een razendsnelle opmars bezig. Enkele redenen daarvoor zijn een groter rijbereik, meer en betere laadmogelijkheden, Lage Emissie Zones en een fiscaliteit die in het voordeel van duurzame wagens speelt. Vooral dat laatste zorgt ervoor dat elektrificatie zich op korte termijn voornamelijk op niveau van de bedrijfswagens zal doorzetten. Maar wat binnen 5 of 10 jaar wanneer de technologie al veel verder staat?

Technologie

Enkele jaren geleden (rond 2010) waren de enige elektrische wagens die er te vinden waren zeer kleine, dure wagens met een autonomie van maximaal 100 à 150km. Of het ging om extreem sportieve modellen waarbij ook het prijskaartje navenant was. Niet echt een voor de hand liggende optie dus als eerste wagen.

Recenter is de technologie van 100% elektrische wagens echter enorme geëvolueerd. De Hyundai Kona Electric bewees al dat een realistische actieradius van meer dan 400 km perfect mogelijk is. Aangezien ook het capaciteitsverlies van de batterij beperkt blijft, zal een Hyundai Kona Electric na enkele jaren nog steeds meer dan 380 à 400 km reëel kunnen rijden. Dat blijft voor heel wat mensen meer dan voldoende, zelfs wanneer meer mogelijk zou zijn.

En net dat is belangrijk. Zelfs wanneer een meer geavanceerde technologie beschikbaar is - zoals bijvoorbeeld op de IONIQ 5 -, zijn de prestaties van een Kona nog steeds ruimschoots voldoende voor de meeste mensen, waardoor ook de restwaarde gegarandeerd blijft.

Concurrentieel hebben een groter rijbereik en een meer performante technologie uiteraard wel hun voordelen. Een IONIQ 5 die zich in de huidige markt als één van de marktleiders positioneert op technologisch vlak - los van de aankoopprijs - zal dat binnen 5 à 7 jaar op de tweedehandsmarkt nog steeds doen. Dat heeft dan weer een positieve impact op de restwaarde.

Bijkomende geeft een batterijgarantie van 8 jaar of 160.000 km naast een goede gemoedsrust ook een zekerheid dat er geen onverwachte kosten zullen opduiken binnen deze periode. Opnieuw, een opsteker voor de restwaarde.

Laadpalen

De geplande investeringen door zowel overheden als privébedrijven in laadinfrastructuur zal eveneens een extra boost geven aan de restwaarde van elektrische wagens. Hoewel de grote meerderheid van de bestuurders die nu een elektrische wagen kopen thuis kunnen laden, is de aanwezigheid van publieke laadinfrastructuur belangrijk om de stap te durven zetten.

In 2015 zaten we nog op 1.412 publieke laadpunten in België. Einde 2020 was dit aantal exponentieel gestegen naar 8.482. Waar je meer dan 5 jaar geleden bijna nooit een publieke laadpaal zag, is dit vandaag geen uitzondering meer in het straatbeeld. Er is zeker nog marge voor progressie en die zal in de nabije toekomst zeer concreet worden, aangezien de overheid het installeren van laadpalen fiscaal zal aanmoedigen. 

Belastingen

Dat ook de gewestelijke overheden de markt richting duurzame wagens proberen te sturen is duidelijk uit de belastingen die van toepassing zijn op de eigendom van een eigen wagen. De afgelopen jaren zijn zowel de Belasting voor Inverkeerstelling (BIV) als de jaarlijkse rijtaks sterk gestegen voor alle wagens met een hogere CO2-uitstoot. Voor volledig elektrische wagens spreken we over het absolute minimum of zelfs een volledige vrijstelling van belasting (in Vlaanderen). Hierdoor betaal je met een elektrische wagen al snel enkele duizenden euro’s minder dan bij een diesel of benzine, gerekend over een aantal jaren gebruik uiteraard.

In de toekomst verwachten we dat de belastingen op wagens met een verbrandingsmotor alsmaar strenger zullen worden en zo de vraag naar elektrische modellen verder zal doen aantrekken. Vlaanderen startte bijvoorbeeld sinds dit jaar (2021) al met het belasten op basis van de strengere WLTP normen, wat leidt tot hogere belastingen voor meer vervuilende wagens. Opnieuw een reden waarom de restwaarde voor elektrische wagens sterk zal blijven.

LEZ / ZEZ

Ook de evolutie van de aanwezigheid van Lage Emissie Zone’s (LEZ) en Zero Emissie Zone’s (ZEZ) heeft een impact op de restwaarde van verkochte wagens vandaag. Hier geldt in principe de regel: hoe meer een auto uitstoot, hoe minder interessant.

Als je weet dat je met een diesel/benzine binnen 5 à 10 jaar potentieel niet meer binnen een bepaalde zone mag komen, dan kies je maar beter voor het duurzame alternatief. Hierdoor stijgt de vraag naar o.m. elektrische wagens, zowel nieuw als tweedehands. Hierdoor zal uiteraard de restwaarde sterker blijven.

Conclusie

Zowel op technologisch als op financieel en fiscaal vlak, zal het de komende jaren steeds interessanter worden om een elektrische auto aan te kopen. Daarnaast wordt ook het aanbod steeds groter en aantrekkelijker; een EV wordt dus echt het overwegen waard.